De aardevogels
De aardevogels zijn, zoals de naam al doet vermoeden, sterk verbonden met de aarde.
Ze hebben hun nesten meestal dichtbij de grond, op de grond, of zelfs onder de grond. In het algemeen zijn ze groter dan de regenboogvogels en ze zoeken hun voedsel vooral op en in de bodem. Ze vliegen gewoonlijk niet zo hoog, àls ze al vliegen…
Ook de aardevogels zijn belangrijk in het sprookje over het bange vogeltje en de draak.
Hierboven: De sapgroenvogel
De bruine meekrapvogel (hierboven) speelt een belangrijke rol in het sprookje.
De siennavogel, met de lange sierlijke staart.
De ombervogel, met het nest in een oude tas.
De Van Dijck bruinvogel maakt op een bijzondere manier gebruik van de warmte van de aarde, door een enorme nestheuvel te bouwen voor de eieren. De eieren worden dus niet rechtstreeks bebroed. Deze bijzondere aardevogel zorgt ervoor dat de temperatuur in zijn nesthoop precies de juiste is voor de eieren. Met de snavel wordt de warmte gemeten en afhankelijk daarvan wordt er blad toegevoegd of uit gehaald, om de temperatuur te doen stijgen of dalen.